Totaal aantal pageviews

zondag 5 februari 2012

DE WIJZE LESSEN VAN ONZE VOORVADEREN: DIE “OUDE” ECONOMEN

Er waren voor mij al velen die nadachten over wat vroeger heette “de homo economicus”:  van Good old Smith tot Ricardo, via Markx en Keynes naar Schumpeter, Kondratiev en tot aan de Franse econoom Allais. En ze worden nu bijna allemaal driftig herlezen; we zijn weer eens aan het zoeken naar wat verloren ging….


Wat ze bedachten en opschreven, in een bibliotheek vol boeken, blijkt  weer eens actueler dan ooit. Niet omdat het nieuw is: maar hun waarnemingen en redeneringen om tot conclusies te komen, zijn opnieuw inspirerend. Al lezend in hun teksten wordt weer eens duidelijk, hoe verschillend je kunt denken over het economisch gedrag van mensen, hoe enorm de wereld sinds hen is veranderd. En het herinnert ons er ook aan dat economie een sociale wetenschap. Waarin het gedrag van mensen dus centraal staat, of beter gezegd de  (voor)oordelen daarover. Want dat is van groot belang om “economie” te snappen en zeker om de economische toekomst te kunnen “voorspellen”.

Immers, de mens veranderde weer eens sterk, door een moderne wereld met hightech, internet, satellietcommunicatie en computers die op beurzen “automatische en high-speed” transacties doen voor miljarden, die met lichtsnelheid over de wereld razen… Wat je nú kunt overzien in één minuutje, wat je nu van de actualiteit kunt weten enkele seconden nadat die veranderd is en wat we nu kunnen horen en zien van mensen van allerlei cultuur en opvatting over hoe zij naar diezelfde de wereld kijken; dat was in de tijd der wijze economische (voor)vaderen zelfs niet denkbaar. Een fabriek oppakken, met al zijn robots en in enkele maanden, en die herstarten in een ander land met lagere winstbelasting en idem lonen, is nu dagelijkse kost. Vroeger was dat economisch gezien gewoon ondenkbaar; veel te kostbaar en nauwelijks uitvoerbaar. Het overzicht over de wereld is nu veel groter, de veranderingen zijn “per direct” overal bekend en de reactiesnelheden zijn ook heel hoog geworden. Dus die “homo economicus” bestaat nog wel steeds, maar hij raast (virtueel en in het echt) over de hele wereld met de lichtsnelheid en werd zo ook bijna ongrijpbaar voor overheden en democratische instituties. Ook zien we nu machtige landen aan het spel deelnemen, die niets met democratie en/of parlementen van doen hebben. Dus waar de staat doet wat hij wil en op elk moment (dus razendsnel) en ook kan besluiten kan zich gewoon niets aan wetten van “anderen gelegen te laten liggen”.  
Bij dit alles werd opnieuw de vraag urgent: onder welke randvoorwaarden gelden/golden die vroegere theorieën nou eigenlijk golden? Wat zijn eigenlijk de, vaak niet expliciet aangegeven, randvoorwaarden waarop hun geldigheid berust? Zoals ook vele theorieën in de natuurkunde niet meer (100%) geldig bleken nadat Einstein met zijn (eigen)wijsheid op de proppen kwam over die relativiteitstheorie..  Nu wordt daar in Genève ook al aan getwijfeld nu er een deeltje toch nog sneller lijkt te “vliegen” dan de absolute snelheid. Het “deeltje van God” wordt het daarom ook al genoemd… Wat fraai uitdrukt hoe zwaar deze vondst weegt in dié wetenschappelijke sector.

Als u dus zou denken dat het met die economie allemaal wel duidelijk is zo langzamerhand na eeuwen met  economen en politici, dan heeft u het dus mis. Niets blijkt  minder waar, zien we nu dagelijks. Die economie blijkt vooral een empirische wetenschap met als heel onzeker element in het centrum “het menselijke gedrag”.
Voortdurend vragen politici en economen zich dingen af als: als “we” nu hier (óf daar?) een belasting aanpassen gaat dan (bijvoorbeeld) de WW omlaag of nou net omhoog? Óf als we de mensen aanzetten tot het kopen van meer “vaderlands product”, stimuleren we dan onze economie… óf is dat nou net niét zo (vooral op langere termijn)? Omdat die “andere landen waarmee we handel drijven”, dat natuurlijk óók kunnen doen...  Als je het gefriemel ziet in uiterst complexe belastingsystemen in Frankrijk, nu bij de verkiezingsstrijd, over hiér wat wegpakken bij de middenstand en dat weer “géven” aan de industrie óf aan de werknemers (die o zo belangrijke  consumenten die groei realiseren),… dan snap je een beetje hoe politici en hun economische goeroes aan allerlei “knopjes” draaien van een enorm complexe machine. Waarin mensen op vele plekken die wispelturige schakels blijken te zijn. Met hun angsten, hun optimisme, hun vooroordelen etc. Moet je nú, (zoals Duitsland deed), het minimumsalaris afschaffen of dat nou net verhógen? Krijg je dan minder WW (en dus minder arme drommels) of nou net méér WW, omdat je de koopkracht op korte termijn sloopt? Gaan die Grieken nu wel of niet failliet? Gaat dan de euro er echt aan? Is er nou echt herstel in de VS: beklijft dat wel? Moet je nou dus eerst fors bezuinigen of nou net gewoon méér geld drukken en uitgeven? Of zijn er misschien wel twee wegen denkbaar, bijvoorbeeld omdat de Amerikanen met hun superliberale opvattingen er heel anders dan wij (die wat meer “sociaal ingestelde Europeanen) er nu tóch eerder uit gaan komen dan wij? Terwijl er nu in Brussel weer geruzied wordt over een “Frans versus een Duits economisch model”, waardoor de wrijving tussen beide landen toeneemt. En terwijl Sarkozy nu openlijk naar Berlijnse maatregelen neigt, maar Hollande c.s. de vinger bezwerend heffen en dat Duitse buurmodel niet toepasbaar achten voor 65 miljoen Fransen op maar ca. 1000 km afstand!

Dat en veel meer zien we nu en kunnen we ook lezen bij die oude wijze economen… En daarom heeft iedereen een beetje gelijk en zal het economisch-politieke debat ook nooit ophouden. Net als de stromingen van wat nu “links en rechts” heet ons eeuwig lijken te blijven verdelen. Zo zijn wij  namelijk, wij mensen van goede wil. Maar we koesteren o zo graag ons eigen gelijkje.
Dank u wel dus, geachte geleerden. U wees ons op democratie en het vrije woord. Maar we blijven dus veroordeeld om  al vallend en opstaand door te ploeteren. Maakt u zichzelf dus maar niks wijs… Het wordt weer spannend in die verkiezingen en wie gelijk had zullen we helaas soms nooit te weten komen. Sterkte dus en blijf kritisch bij al die “welwillende maar niet onfeilbare profeten”. Zij zijn ook gewoon maar mensen, al doen ze soms alsof ze God zelf zijn.

Bij dit alles ga ik het dus ook maar niet hebben over die populistische schijneconomen die het gemene volk met zijn angst en frustraties, maar wat erg gemakkelijk naar de mond praten. Want dat komt  nog eens bovenop al die onduidelijkheid in dat menselijk gedrag!

Kortom het is in de huidige economische theorieën en inzichten weer eens een aardige puinhoop omdat, “het subject” zelf wéér eens flink van gedrag veranderde.

Wát moet je daar nou, als wat bijgetankte leek, mee beginnen? Wat moet je geloven en wat is nou onzin en wat wijsheid? Wel dat lijkt lastig vast te stellen, zelfs voor experts.

Dus moeten we goed beseffen dat  we vooral behoefte hebben om, net als vroeger, politici en experts weer te kunnen geloven. Simpelweg omdat we ze weer denken te kunnen vertrouwen. Vertrouwen dus… omdat zij ons duidelijk wisten te maken in welke principes zij vast geloofden (c.q. ons tóónden welke zij de facto hanteerden), waardoor wij vanuit onze eigen overtuigingen helder konden kiezen.

Immers, dáár ontbreekt het nu aan: want wie kan je nou vertrouwen en op grond van wat dan? Wij zijn, bijna allen, leken die slechts ruwe noties hebben van al die nogal lastige zaken.

Dus moeten politici ons helder hun idee geven over de wereld die zij na willen streven en  waarom. Gewoon, in grote lijnen, in fundamentele basispunten en principes. In termen van “mensenrechten, en door een ijzeren geloof in vergaande  vrijheid en nauwelijks regels en een overheid (omdat die slechts ballast zijn), óf (net andersom), door te geloven in solidariteit met hen die het minder troffen in het leven en die “dus” bescherming van een overheid behoeven om te kunnen (her)leven. Eigenlijk zoals we dat nu, (en vaak op het belachelijke af),  in de VS kunnen zien: “extremisten” die absoluut geloven in maximale vrijheid (libertariërs dus) en in een minieme staat…. met tegenover hen, zij die solidariteit en sociale hulp door een overheid helemaal geen “gevaarlijk communisme” vinden. Zo’n soort politieke discussie dus, maar dan wel wat meer erudiet en niet zo blind arrogant. Eigenlijk zoals we dat ook in eigen land konden zien, als we tenminste door dat "hoofddoekjesgezwets” heen konden kijken en aanvoelden  “hoe afkeer en haat werden uitgedragen naar hele groepen”, op een handige, verhullende manier. Waarbij de echte problemen van het land en het volk, die de huidige crisis direct er ná keihard toonde, gewoon niét werden benoemd. Enkel omdat dat niet lekker lag bij het te wérven kiesvolkje. Daar zijn nu meer mensen achter gekomen, die de popu-club PVV nu de rug toe keren en die, mogelijk, nu toch weer in de fuik zwemmen van andere praters. Die mogelijk wel echt “netter” zijn en die in elk geval geen “ maatschappelijke schade” wensen aan te richten.

Ferme discussie!!
Dus vóór er weer een betere “economische black box” wordt ontworpen, moeten we eerst terug vinden waar het ons nou echt om gaat. Via een publieke, ferme (en mijn part ook pijnlijke) politieke discussie. En daarna kunnen we dan de “knoppendraaiers” weer geruster kiezen die (van ons) aan die black box mogen zitten…

Zoals dat eigenlijk nú, die smal-kijkende Wallstreetboys en –girls ook dagelijks doen, met hun “financiële black box”.  Waar we best veel last van hebben en die we dus nodig snel onder controle moeten zien te krijgen.

En dat dan, via “een mondiaal overlegorgaan “à la G20”, in een gremium dat (in meerderheid) bestaat uit vertegenwoordigers van goedwillende staten die niet enkel door ongebreideld eigenbelang en/of blind fundamentalisme of haat worden gedreven…

Een lange weg hoor ik u zeggen? Wel dat zijn we dan geheel eens. Maar wat moeten we anders? Is dat niet gewoon ons lot en zien we nu eindelijk (weer) in dat het ook niet anders kan? Óf geloven we wéér in “alles eerst kapot slaan en dan (weer) helemaal opnieuw beginnen”? Dat zouden we nu toch echt moeten hebben afgeleerd?

Maar,

het gaat natuurlijk al beter met wat warme zonneschijn, die nooit echt vér is. Want onze zon bleef op zijn post achter die sneeuwdragende wolken. Zij zag ook al vele malen hoe het die aardbewoners verging, die ijverig werkten aan een nieuwe betere wereld en die daarbij vaker de weg kwijt raakten. Maar die ook die betere weg steeds weer terug vonden, door hun fouten in te zien en te erkennen, om daarna met veel energie opnieuw te beginnen. Omdat het leven toch weer waard leek om geleefd te worden.

Wel mensen, daarin lag en ligt onze grootste kracht en onze eeuwenoude ervaring. Dat nóg eens doen is dus eigenlijk het meest menselijke wat er bestaat!

Let dus weergoed op uw portie zon en ga aan de slag. Dan is het ergste zo weer voorbij. Want menselijk leven was nooit iets anders dan geloven in elkaar en zo ook “in wat morgen (weer) kon”. Daar wens ik u allen graag veel mooi weertje bij.

5 febr, 2012.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten