ZZP-ER, DAT
IS HET OUDSTE BEROEP!
HIJ BESTAAT
DUS: DE VAKBOND VOOR ZZP-ERS
Wij
leerden dat prostitué het oudste beroep zou zijn, maar men vertelde ons niet dat ook al hun klanten
“kleine zelfstandigen waren”!
Waar we nu
naar op weg zijn, is zeer bekend terrein: de samenleving van onze voorouders. Zij
“vergaten” ons dat te vertellen, maar sommige van ons “kinderen van echte middenstanders”, zagen dagelijks
thuis aan hun ouders wat dat inhield..
Als ik vroeger
mensen selecteerde voor jobs vroeg ik steevast, wat hun ouders voor de kost
deden. Omdat kids van de middenstanders vaak mentaal anders waren, dan die van
ouders “die naar kantoor of de baas” gingen om te werken. De carrieres van de
eersten, liepen niet zelden duidelijk anders en sneller.. Mentaliteit heeft bij
“zelfstandigen” vaak een andere kleur: omdat “the struggle for survival” de
overheersende kracht is..
“Het
laatste en goede nieuws voor ZZP-ers komt, niet uit zeurend Nederland of elders uit de EU. Maar uit de VS en
dat die “slaperige (europese) ZZP-ers” dat niet eerder ontdekten of navolgden,
laat zien hoe men was ontwend om zelf voor positieversterking te zorgen! In
Europa weten nog weinig mensen echt nog
hoe dit moet!
Zo’n 70 jaar
geleden waren ZZP-ers bij ons gewoon ook de grote meerderheid en in 70% van de
wereld is dat nu nog zo.. Weer is het westen is de grote uitzondering en weer beseft
men dat eigenlijk totaal niet.. En oordeelt er desondanks lustig op los, graag
ook met fingerpointing naar allen om ons heen. In Frankrijk schiet het al over de 1 miljoen en er zijn jaarlijkse groeicijfers in twee getallen. De VS zit al op 53 miljoen En stijgt het nog sneller.
In Nederland zien we het in alle sectoren waarbij de bouw en de informatica merkwaar-dig genoeg topscorers zijn.
Wereldwijd zijn India en de VS toppers de de EU komt met het UK op de tiende plaats net na Canada.
De grootste groeiers zie je in Griekenland, Armenië, Portugal en China een interessante melange. Landen met onrust en/of economische crises.
Zo staat het nu en hoe was het vroeger, met wat nu ZZP-ers/Freelancers/Independants heet?
Even terug
in de tijd om de ontwikkeling even wat te overzien. Vòòr de
industriële revolutie (19e eeuw) waren 99% van de werkende “ZZP-ers”:
keuterboeren, veehandelaren, landarbeiders, bakkers+slagers, kooplieden,
vaklieden , keukenmeiden/poetsvrouwen, soldaten/beveiligers, dieven en rovers en
herbergiers/kroegbazen. En enkele werkten als dagloners voor de paar nobelen en
landbezitters.
Aangevuld met de clerus en de kloosters, enkele “ambtenaren”,
vakmensen voor onze kleding, het bouwen en de productie van onze huisraad,
sieraden, transporteurs en zij die zorgden voor ons vertier in kroegen,
cabarets en hoerententen.
Dus:
vroeger werkten meeste mensen werkten zelfstandig, voor eigen rekening en
risico.. Daar komen we
bijna allen qua achtergrond ook vandaan. Mijn opa`s waren resp. fiets- (+
electrische apparaten en benzineverkoper ) + postkantoorhouder in het dorp en
de ander metselaar en vaak werkend in het nabije Duitsland Mijn vader was
meubelmaker/timmerman en werkte in loondienst. Zijn broers alle ook: onderwijs,
leger en industrie.. Idem de broers van mijn moeder. Mijn oma`s werkten beide
flink mee: een in het postkantoortje en
de ander in groentetuin en met vee houden (koe + varken + kippen). Slechts twee
van mijn tantes werkten: een in de kruidenierswinkel en een ander bij een
kleine busvervoerder en later een staatsbedrijf.. De vrouwen werden na soms
dienstmeisje te zijn geweest steevast huisvrouw en moeder. Van mijn generatie
waren slechts twee (van de 10 ) zelfstandig werkenden nog eigen
baas. Van de kinderen slechts even twee en nu
nog een van de 7 in totaal... .
Voor
onze ouders was het allernieuwste,-vooral voor de mannen-, het vast gaan werken
voor een kleine of grote baas! De
les is dus: pas drie generaties geleden verdwenen het leeuwendeel van de
eeuwige ZZP-ers. En kwam de verzorgingsmaatschappij er aan, waarbij de grote
bedrijven lokaal ook vaak voorop gingen. Met hun eigen huisvesting, vaak hele
arbeidersbuurten waren van hen en soms
zelfs met (gedwongen!) winkelnering. Zie Philips in Eindhoven duizenden
arbeiderswoningen en zijn ETOS-winkelketen. Zie ook de enorme
huisvestingsprojecten van de Staatsmijnen in Limburg en de “gratis” kolen voor
de medewerkers. Vroeger was het dus ook: deels
“loon in natura of goederen/diensten kopen” van je eigen baas. Die dat
in je beloning verdisconteerde.. Medische voorzieningen en ook pensioenen
kwamen vaak ook van de grote werkgevers voor de staat er aan begon.. Die deed
dat overigens als eerste ook bij de eigen ambtenaren voor anderen aan de beurt
kwamen! Van “de wieg tot aan het graf verzorgd zijn”deden eerst grote bedrijven
en daarna steeds meer de staat. En we zagen hoe dit in omgekeerde volgorde de
laatste decennia ook weer werd terug gedraaid.
Het
franse EDF doet dat in Frankrijk
(en elders andere ook) nu nog: electra kost hun personeel maar 10%. Idem
Airfrance met zijn tegen gereduceerde prijs reizen voor familieleden. En zie
ook de lagere hypotheekrente voor bankmedewerkers of lagere premies voor
medewerkers van verzekeraars. De alles verzorgende baas.
In
de huidige wereld, -buiten het westen-, is de overgrote meerderheid nu nog “kleine
zelfstandige”. Boertjes
en winkelhouders zijn de grootste groep voor ”voedselproduktie en –distributie”
en dan komen nog de staatsdienaren, waarvan vele soldaten zijn. .
We
lopen dus eigenlijk gewoon “wat terug in de tijd”, wat de structuur van : het dagelijkse
brood verdienen” betreft…En merken dus hoe taai dat leven van onze voorouders-,
en nu ook nog voor het grote merendeel van de wereldbewoners-, was en is.
Vakbonden
kwamen later: ze waren door gilden vooraf gegaan. Als de eerste “beroeps-belangenvereniging”, met vakregels en
“ballotage”. Want ze waren vooral corporatief bedoeld: als bescherming voor hun
leden door “vereniging van alle”..
De westerse
mensheid, vooral de doorgeschoten europeanen, moeten nu stevig in de achteruit
gaan rijden. Wat altijd lastiger is dan vooruit en ze ontdekken dat ze snel
weer gaan lijken op de overgrote rest van de wereld..
De steeds
groter en meer open geworden wereld waarin markten zeer uitgestrekt werden en
vele verre kanten en concurrenten verschenen, dwong de
grote “nu internationale” bedrijven (en later ook staten!) tot grotere
flexibiliteit. Men moest zeer snel kunnen reageren en zich kunnen
aanpassen in die uitgestrekte en verrassende markten.
Men
startte met wat “outsourcing” ging
heten: dus alle minder vitale delen af stoten en het slechts zelf
behouden van de “core business”. Alles wat niet “core” was werd op
contractbasis ingekocht bij toeleveranciers. Want een contract opzeggen of
daarin verandering realiseren gaat natuurlijk veel sneller als het niet een
“eigen activiteit met eigen mensen betreft”.
“Lean and mean”, “small is beautifull”
dat werden de nieuwe slogans. Handen vrij en alle energie maximaal richten op
concurreren en innoveren, om snel te kunnen reageren en te anticiperen in een veel
kleinere en wendbare boot op de verrassende, woeste wereldzeeën Dat werd snel
tot HET vereiste om te kunnen overleven, te expanderen en te innoveren . Het
werd het begin van steeds meer toeleverende bedrijven:
van automatisering (van salarisverwerking en basisadministraties) tot
ramenlappen/poetsen en van managementadvies tot beveiliging van terreinen en
gebouwen.
Een gigantische differentiatie vond plaats in de wereld van de onderneming.
En dat proces zette zich steeds verder door. Zo ver dat zelfs een deel van de uitvoerders van de kernactiviteiten van de
onderneming werd ingehuurd op contractbasis. Zo kon je de
uitvoeringscapaciteit sneller aanpassen aan crises conjunctuurschommelingen en
en harde concurrentie. Zo kwamen we aan de ZZP-ers van nu..
Van boze
opzet was dus geen sprake: in een open moderne wereld ontdekten bedrijven gewoon
hoe ze moesten veranderen om (beter) te overleven.
Van de oude stad Eindoven,-
vroeger een ware Philipsstad-, is nu niets meer over. Schouwburg, bibliotheek,
voetbalclub, de Etoswinkels het is er niet meer te vinden onder het Philipsembleem.
Idem bij die Staatsmijnen in Limburg! De
nieuwe chemiegigant heeft zelfs de oude bulkchemietak (het vroegere hart!)
compleet verkocht aan arabische investeerders (Sabic).
Men werd tot een fijnchemiebedrijf,
ging in genees- en voedingsmiddelen en voedings-supplementen.
Een totale ook
geslaagde metamorfose, met een vracht van toeleverende bedrijven en ook ZZP-ers..
Kortom:
de ZZP-er was een belangrijk, noodzakelijk fenomeen om in de grote, wereldwijde
veranderingen verder te kunnen..
Een deel van het ondernemingsrisico kwam bij de toeleveranciers en
ZZP-ers te liggen. Zij kregen daarvoor grote vrijheid een open markt terug. En
moesten daar (zoals altijd) ook met eigen risico voor betalen. Beter gezegd: ZZP-ers
kregen ook enorme kansen op een voor hun betere job..
Een zegen voor “de
ondernemende vakman” onder hen en
natuurlijk tegelijk een vloek voor hen die in het leven punt èèn ”leuk werk zochten
in een beschermende omgeving”. Die categorie vakmensen verloor dus aanzienlijk
aan “markt”.
Het gaat om een
essentieel element dat in onzekere tijden ook (massa)ontslagen vermindert en
voorkomt. Eigenlijk gewoon maatschappelijke risicospreiding: die je nu ook al
vindt tot in de huidige pensioenfondsen en ziektekostenverzekering.
We
gingen/gaan dus terug naar de wereld van onze voorvaderen, die we slechts ¾ eeuw, dus maar heel even,
konden veranderen in iets “quasi-paradijselijks”. Dat niet kon blijven omdat er
veel meer mensen hun deel van de westerse welvaart vroegen. Dat ze ook
verkregen en dat een deel van hen nu bij ons komt “halen”. En: ook als een soort ZZP-er.. Gelukkig op het moment dat het westen dringend
verjonging en dynamisering behoeft”. Gewoon ook om te overleven. De stap naar de ZZP
is een sluitstuk van een lang veranderingstraject en ook, zeer
verrassend, een nieuw begin voor autochtonen en allochtonen.... .
Het
initiatief van ene Sarah Horowitz, ook ZZP-er,
werd in de VS een groot succes!
Zij richtte de
“vakbond op voor ZZP-ers (fr: autoentrepreneurs)”op, ook voor start-uppers en ze kreeg ook leden onder “zelfstandige
beroepsbeoefenaars”. Van consultants tot uber-chauffeurs en van verhuizers tot
informatici. Vele soorten Freelancers… van zeer diverse soorten dus.
De idee voor The Freelancers Union (vakbond) was er al in 1995.
Sarah wilde niet lijken op het model van de bestaande VS-vakbonden. En vanwege een wettelijk verbod je “vakbond te noemen” zonder vergunning, werd het een Vereniging van Onafhankelijken. Nu zijn er al 300.000 leden, want ze was zeer actief.
Sarah wilde niet lijken op het model van de bestaande VS-vakbonden. En vanwege een wettelijk verbod je “vakbond te noemen” zonder vergunning, werd het een Vereniging van Onafhankelijken. Nu zijn er al 300.000 leden, want ze was zeer actief.
Het logo op
haar kantoor met 35 mensen is de bijenkorf. Zij stond in Businessweek, Forbes,
Esquire en werd breed bekend. Haar grootvader was vakbondsman (kwam uit Europa
begin 20e eeuw), haar vader was vakbondsadvocaat, en haar moeder werkte voor een onderwijsvakbond.
De appel en de boom..
Zij studeerde
sociale geschiedenis (op Cornell), ging naar Harvard en weet alles van de
europese vakbonden. Maar pas op haar ideeën zijn eigentijds! Zij is overtuigd
van het goede van “de vrije markt” en is voor de freelancer ook als fenomeen.
De VS kent er
nu 53 miljoen van: het zijn gewone
“werkers”, die ook behoefte hebben aan gezondheidszorg, pension en huisvesting.
De wereld van de onderneming paste zich aan de tijd aan waardoor de freelancer
meer opkwam. Maar er ontstond een gat tussen de oude en de nieuwe werkers, dat
moest dicht.
Zij onderhandelde over verzekeringen voor gezondheid, tandverzorging, werkeloosheid en richtte ook zelf de Freelancers Insurance Company op, die vooral op gezondheid gericht is. Daarbij kwamen nog twee gezondheidscentra in New York voor Freelancers.
Zij onderhandelde over verzekeringen voor gezondheid, tandverzorging, werkeloosheid en richtte ook zelf de Freelancers Insurance Company op, die vooral op gezondheid gericht is. Daarbij kwamen nog twee gezondheidscentra in New York voor Freelancers.
Ze is ook
gecharmeerd van de idee van de “mutuelles” zoals Nicolas Colin in Frankrijk.
Ze weet veel over Frankrijk ook en vindt dat franse vakbonden leven in een lang vervlogen tijd. Wat je daar hoort, hoor je nooit bij jonge amerikanen! Want die denken vooral aan hun kids en eigen veiligheid en echt niet aan 35 of 36 uur werken of maximaal x uur per dag en rusttijd van x uur na y uur werken.. Ondenkbaar.
Ze weet veel over Frankrijk ook en vindt dat franse vakbonden leven in een lang vervlogen tijd. Wat je daar hoort, hoor je nooit bij jonge amerikanen! Want die denken vooral aan hun kids en eigen veiligheid en echt niet aan 35 of 36 uur werken of maximaal x uur per dag en rusttijd van x uur na y uur werken.. Ondenkbaar.
Ze weet ook Laurent
Berger en zijn boek “Permis de construire” uit 2015. Die schreef daarin ook
over haar en prijst haar: omdat ze “De oude en de nieuwe wereld wist te
combineren en bleef niet steken in een
zinloze strijd tegen het nieuwe onvermijdelijke". Laurent weet dat deze VS-idee overplanten
naar Frankrijk botsen zal met de bestaande corporaties en ook het statuut van
de independants (RSI).
De financiering van haar “bedrijf” heeft Horowitz eenvoudig opgelost: want contributie is wettelijk verboden in de VS. In de verzekeringspremie zit gewoon een opslag voor haar werkzaamheden. En ze krijgt geld van foundations als. de Ford-foundation!
Ook vecht ze hard om de
volksvertegenwoordigers serieuzer te betrekken bij de problemen van de
freelancers.
Die vaak het gevecht om de betaling van hun facturen niet kunnen betalen. Ze heeft contact met Hillary Clinton en niet met Trump. En over de franse vakbonden zegt ze: “Do it yourself”.
Die vaak het gevecht om de betaling van hun facturen niet kunnen betalen. Ze heeft contact met Hillary Clinton en niet met Trump. En over de franse vakbonden zegt ze: “Do it yourself”.
(Mede naar een art. in LE POINT juni 2016)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten